SV | Niet eet op de bergen, en zijn ogen niet opheft tot de drekgoden van het huis Israels; noch de huisvrouw zijns naasten verontreinigt, noch tot de afgezonderde vrouw nadert; |
WLC | אֶל־הֶֽהָרִים֙ לֹ֣א אָכָ֔ל וְעֵינָיו֙ לֹ֣א נָשָׂ֔א אֶל־גִּלּוּלֵ֖י בֵּ֣ית יִשְׂרָאֵ֑ל וְאֶת־אֵ֤שֶׁת רֵעֵ֙הוּ֙ לֹ֣א טִמֵּ֔א וְאֶל־אִשָּׁ֥ה נִדָּ֖ה לֹ֥א יִקְרָֽב׃ |
Trans. | ’el-hehārîm lō’ ’āḵāl wə‘ênāyw lō’ nāśā’ ’el-gillûlê bêṯ yiśərā’ēl wə’eṯ-’ēšeṯ rē‘ēhû lō’ ṭimmē’ wə’el-’iššâ nidâ lō’ yiqərāḇ: |
Niet eet op de bergen, en zijn ogen niet opheft tot de drekgoden van het huis Israels; noch de huisvrouw zijns naasten verontreinigt, noch tot de afgezonderde vrouw nadert;
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Niet eet op de bergen, en zijn ogen niet opheft tot de drekgoden van het huis Israëls; noch de huisvrouw zijns naasten verontreinigt, noch tot de afgezonderde vrouw nadert;
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!